Veelzijdig in elektrotechnische producten
Selecteer een pagina

 

Home » Testen » Spanningstesters » Piëzotester

 

Piëzotester

DIT PRODUCT IS HELAAS NIET MEER LEVERBAAR.

Piëzoelektrisch beproevingsapparaat, type CL-1-06
voor middenspanningstesters en fasenvergelijkers

Documentatie en gebruiksaanwijzing

Het piezo-elektrische beproevingsapparaat type CL-1-06 is een onafhankelijke stroombron.

Hiermee kan de functie van bepaalde enkelpolige spanningstesters en tweepolige fasenvergelijkers tot 20 kV op ieder moment gecontroleerd worden.

De functietester bestaat uit een piëzo-elektrische generator, die een hoogfrequente hoogspanning opwekt. De generator wordt door het indrukken van een knop mechanisch aangedreven.

De opgewekte spanning wordt op de contactbus (1) aan de punt van de spanningstester aangeboden. In deze bus wordt de bananensteker van de verbindingsleiding aangesloten. De krokodillenklem wordt met de punt van de tester verbonden (zie foto 1 van blad 2).

De contactbus (2) aan de onderzijde van de functietester dient voor het sluiten van de stroomkring bij het beproeven van tweepolige fasenvergelijkers (zie foto 2 van blad 2).

De contactbus 2 is van een kunststof afschermdop voorzien.

piezot5Let u erop, dat bij het testen van enkelpolige testers de beschermingsdop op de contactbus 2 aanwezig is.
Dit kan anders tot een hevige schrikreactie leiden.
Het spreekt voor zich dat de geleidende delen van de piezotester tijdens het bekrachtigen niet aangeraakt mogen worden.

Het apparaat heeft een instelring met twee posities: 10 en 20.

Lees ook het oranje venster op het einde van deze pagina

De functiebeproeving dient bij de meeste
spanningstesters en fasenvergelijkers op stand 20
plaats te vinden.

Let wel dit is geen 0,4 * Un beproeving, omdat dit
soort beproevingen alleen in een hoogspanningslaboratorium
uitgevoerd kunnen worden.

Bestelnummer Omschrijving
1202 /CL106 piezotester voor spanningstesters

De functietester dient zo in de hand genomen te worden, dat de drukknop met de vingers gemakkelijk bediend kan worden. Bij elke functietest dient deze meerdere malen bekrachtigd te worden, zodat ongewenste spanningsinvloeden uitgesloten worden.

Bij de functietest van enkelpolige spanningstesters, mogen geen geïsoleerde handschoenen gedragen worden (de koppeling met het lichaam is hierbij van belang) Let u erop, dat de bij het testen van enkelpolige tester de beschermdop aan de onderzijde van contactbus 2 is aangebracht, zodat u geen schok krijgt.

Bij de oudere type functietesters is het indrukken van de knop en de mechanische overbrenging nog hoorbaar, bij de nieuwere types niet.

Het is afhankelijk van het type tester (niet van de bedrijfsspanning van de tester!)
of stand 10 of 20 de tester laat aanspreken.

Bij het testen van de spanningstester de piëzotester met de verbindingsleiding aansluiten op de tester. De piëzotester in de ene hand houden en de tester in de andere. Daarbij moet deze hand zo dicht mogelijk bij de rode ring worden gehouden. Bekrachtig de piëzotester meerdere malen. Bij een goed
functionerende piëzotester moet de tester oplichten

Functiebeproeving van tweepolige fasenvergelijkers:

Deze vergelijkers moeten in verband met hun toepassingsbereik
in een gesloten stroomkring beproefd worden. Instelbare fasenvergelijkers van het fabr. Catu moeten eerst op 10 ingesteld worden. Deze dienen conform naastliggende afbeelding aangesloten te worden.
Door het indrukken van de piëzotester kan de functie van de fasenvergelijker beproefd worden.

Dit product is in 2021 gewijzigd! De CL-1-06 had in het verleden de standen 10, 20 en 30, maar door een wijziging in het piëzo-element is stand 30 vervallen.

De CL-1-06 werd oorspronkelijk ontwikkeld voor de volgende niet meer leverbare typen testers, van het merk CATU:
CL-10-VD, CL-10/2-VD, CL-20-VD, CL-20/2-VD, CL-30-VD en CL-30/2-VD

Vanwege de verschillende ingangsimpedanties van deze testers werd de CL-1-06 daarom voorzien van een verstelbare ring om deze testers aan te laten spreken. De standen 10 en 20  komen dus overeen met bovengenoemde typen. De CL-1-06 is ook toepasbaar op bepaalde andere typen testers, maar de standen 10 en 20  hoeven dus niet overeen te komen met de bedrijfsspanning van die testers. Daarom mag u een 10 kV tester – die niet aanspreekt op stand 10 – ook op stand 20  testen.